VERREKIJKERS – VEELGESTELDE VRAGEN
De eerste verrekijkers werden 400 jaar gelden uitgevonden. Momenteel zijn er enkele honderden verschillende modellen geproduceerd, die wereldwijd worden verkocht. Hoewel nog steeds hetzelfde concept geldt van kijken naar een vergroot beeld met je eigen ogen, zijn er toch twee duidelijk verschillende typen verrekijker: prismakijkers en Galilei-kijkers
- Prismakijkers
In de meeste verrekijkers die tegenwoordig worden verkocht, zitten convex lenzen voor zowel de objectieflens als de oculairlens. Dit zijn zogenaamde prismakijkers die prisma's gebruiken om het omgekeerde beeld te "corrigeren".
Porro-prisma
Door het toepassen van porro-prisma's volgt het binnenvallende licht een "Z"-vorm voordat het bij het oog komt.
Dakkantprisma's
Dankzij deze dakvormige prisma's waarbij het licht door een rechte lijn gaat, zijn compacte kijkerontwerpen mogelijk.
- Galilei-kijkers
Deze kijkers werken met het concept dat door Galileo Galilei in de 17e eeuw werd toegepast in telescopen. Aangezien voor de oculairlens concave lenzen worden gebruikt, zijn er geen prisma's nodig om het beeld te corrigeren. Dit type kijker, dat ook wel toneelkijker wordt genoemd, wordt gebruikt om te kijken naar onderwerpen die niet erg ver weg zijn.
Vergroting verwijst naar de verhouding tussen de afmetingen die je met het blote oog waarneemt en de afmetingen die je via de verrekijker ziet. Als een verrekijker bijvoorbeeld 10x vergroting heeft, wordt een object 10 keer vergroot. Met andere woorden, een onderwerp op 100 meter afstand zal via de verrekijker niet meer dan 10 meter weg lijken.
Een telelens van 1000 mm op een fotocamera geeft een vijf keer sterkere vergroting dan een lens van 200 mm. Dit geldt ook voor verrekijkers. Een onderwerp wordt vijf keer sterker vergroot met een verrekijker met een vergrotingsfactor van 20x dan met een verrekijker met een vergrotingsfactor van 4x. Het enige verschil is dat terwijl een telelens ver genoeg open moet staan om het beeld te vergroten voor de tamelijk wijde opening van de camera, een verrekijker het beeld alleen hoeft te vergroten voor de relatief kleine iris van het menselijk oog. Stel je hebt een verrekijker met een vergrotingsfactor van 12x. Als je hetzelfde vergrote beeld wilt zien met een spiegelreflexcamera met één lens van 35 mm, zou je een 700~800 mm-telelens moeten gebruiken. Verschillende typen verrekijker: prismakijkers en Galilei-kijkers.
De mate waarin je met een verrekijker details kunt onderscheiden, wordt het oplossend vermogen genoemd. Aangezien het netvlies slechts een klein gedeelte met kegelvormige gezichtscellen bevat, zal het oplossend vermogen van het menselijk oog door fysieke training nooit verder verbeteren dan tot een bepaald punt. De enige manier om hierin verbetering te brengen is met behulp van een goede verrekijker. Als je een verrekijker hebt met een vergrotingsfactor van 10x, beschik je over een oplossend vermogen dat 10 keer hoger ligt dan normaal.
Niet alle verrekijkers geven de vergrotingsfactor en het oplossend vermogen die op het apparaat staan aangegeven. Bij een te sterke afwijking is er onvoldoende oplossend vermogen. Hoe geavanceerd de verrekijker ook is, het oplossend vermogen daalt altijd door het bewegen van het beeld. Hoe hoger de vergrotingsfactor, hoe meer het beeld wordt vervormd door handbewegingen. Over het algemeen wordt afgeraden om verrekijkers met een vergrotingsfactor van meer dan 10x met de hand vast te houden. Canon heeft superieure optische technieken toegepast bij het ontwikkelen van cameralenzen om dit probleem op te lossen. Behalve de dubbele veldvervlakkende lenzen, de UD-lens en de asferische lenzen die resulteren in een ideaal oplossend vermogen, heeft Canon ook de eigen originele beeldstabilisatietechnologie toegepast (in de IS-serie), waarmee handbewegingen grotendeels onder controle worden gehouden. Dankzij deze technieken zie je met verrekijkers van Canon alle veertjes op een vogelvleugel haarscherp en duidelijk.
De optische structuur van elk model verrekijker is anders. Dus ook al is de vergrotingsfactor hetzelfde, toch kan het verschillend zijn hoeveel je door de verrekijker ziet. De breedte van het beeld dat je door de verrekijker kunt zien, wordt het beeldveld genoemd. Als je vogels wilt kijken in een groot bos, is het handig om een groter beeldveld tot je beschikking te hebben.
- Werkelijke zichthoek
Dit is het beeld dat je door de verrekijker ziet en dat wordt gemeten vanaf het midden van de objectieflens. Het beeldveld wordt uitgedrukt in graden (hoek). Hoe lager de vergrotingsfactor van een verrekijker, hoe wijder de beeldhoek, en hoe hoger de vergrotingsfactor, hoe smaller de beeldhoek. Daarom is het moeilijk om de reële beeldhoek van verrekijkers met een verschillende vergrotingsfactor te vergelijken.
- Schijnbare zichthoek
Deze waarde is gebaseerd op een berekening uit de ISO 14132-1:2002 standaard en vertegenwoordigt de zichthoek die je ziet als je door de verrekijker kijkt. Aan de hand hiervan kunnen verrekijkers met verschillende vergrotingsfactoren worden vergeleken. In het algemeen geldt dat een schijnbare beeldhoek van meer dan 60° als een wijd beeldveld wordt beschouwd.
Het ene model verrekijker geeft een duidelijker beeld dan het andere. De helderheid is afhankelijk van de prijs en de afmetingen van de verrekijker. Er zijn verschillende gradaties in duidelijkheid die passen bij de verschillende behoeften van de kopers.
- Uittredepupil
De heldere cirkel die zichtbaar is wanneer de oculairlens circa 25,5 centimeter van de ogen wordt gehouden, wordt de uittredepupil genoemd. De diameter, gemeten in millimeters, wordt de pupilopening genoemd. Hoe groter de uittredepupil, hoe duidelijker de verrekijker een beeld kan weergeven. De duidelijkheid wordt uitgedrukt door het kwadraat van de opening van de uittredepupil.
De menselijke pupil meet circa 2-3 mm bij helder zicht en uittredepupillen van verrekijkers zouden ongeveer 3 mm moeten meten. 's Nachts worden onze pupillen ongeveer 7 mm wijder, en daarom is het wenselijk dat verrekijkers grotere uittredepupillen hebben wanneer ze 's nachts worden gebruikt. Het nadeel daarvan is echter dat dergelijke kijkers groot en zwaar zijn.
- Beschikbare opening van objectieflens
De diameter van de objectieflens waardoor het licht valt, wordt de beschikbare opening van de objectieflens genoemd. Bij een gelijkblijvende vergrotingsfactor geldt dat hoe groter de beschikbare opening van de objectieflens is, hoe duidelijker het beeld is dat je door de kijker ziet. Dit is hetzelfde effect als bij een telelens met een grote lensdiameter. De relatie van de drie is:
Opening van uittredepupil = beschikbare opening van objectieflens x vergroting.
Bij de ideale verrekijker vergeet je dat je door een verrekijker kijkt. Als je een verrekijker aanschaft met een wijd beeldveld en een superieure beeldkwaliteit (zo goed dat er nauwelijks verschil is met waarneming via het blote oog), zul je daar vele uren plezier van hebben. Sommige mensen denken ten onrechte dat het niet erg is dat de buitenste rand vaag is, omdat zij zich richten op het midden van de lens. Gewoonlijk projecteert het netvlies beelden zonder afwijkingen. Als je vage beelden ziet, proberen de hersenen deze te negeren. Als je gedurende langere tijd vage beelden bewust probeert te negeren, kun je moe worden en zelfs ziek. Alleen op basis van technische gegevens is het moeilijk om de beeldkwaliteit te beoordelen. De gemakkelijkste en veiligste manier is door de verrekijker kijken. Houd de volgende punten in de gaten wanneer je een verrekijker aanschaft.
- Zie ik één beeld of twee?
Verrekijkers gebruiken twee lenzen die parallel zijn aan elkaar. Door een onjuiste uitlijning tijdens de fabricage of van schokken tijdens het transport, kunnen de lenzen ten opzichte van elkaar verschuiven. Als dat gebeurt, zie je twee beelden. Ook als je de verrekijker laat repareren, zullen de lenzen bij een kleine schok weer kunnen verschuiven. Een dergelijke verrekijker is niet aan te bevelen.
- Is het beeld scherp genoeg?
Controleer of de letters op een uithangbord of de dunne takjes van bomen haarscherp zijn. Controleer ook of 's nachts de lichten en de sterren niet vaag zijn en of de omtrek niet vervormd is. Het is waarschijnlijk moeilijk om te bepalen hoe duidelijk het beeld is nadat je door slechts één verrekijker hebt gekeken. Probeer verschillende modellen uit zodat je in staat bent om onderscheid te maken.
- Lijkt het of de kleuren door elkaar lopen? En zijn de kleuren anders dan in werkelijkheid?
Als je naar een wit voorwerp kijkt, verschijnt een regenboogachtige ring. Dit verschijnsel heet chromatische abberatie en wijst gewoonlijk op een mindere beeldkwaliteit. Dit komt voor bij verrekijkers met een grotere opening en een hogere vergrotingsfactor. Ook kunnen de kleuren afwijken vanwege de coating en het type lens dat is gebruikt. Kijk met de verrekijker naar een wit object en controleer hoe wit het is. Canon gebruikt de UD-lens (15X50 IS AW, 18X50 IS AW, 10x32 IS, 12x32 IS en 14x32 IS) uit de EF-lenzenreeks om kleurafwijkingen te voorkomen. Deze lens staat bekend om de superieure optische technologie. En dankzij de 'super spectra'-coating is een helder en duidelijk beeld gegarandeerd.
- Is het hele beeld helder genoeg?
Er zijn meerdere verrekijkermodellen op de markt met een wijd beeldveld. Hieronder zijn echter verrekijkers die 'onder druk' een wijder beeldveld geven, wat tot gevolg heeft dat de beeldkwaliteit rond de randen van de lens slechter is. Als dit het geval is, ligt de oorzaak meestal in de kromming van het veld. Richt de kijker op een muur, stel scherp op een eenvoudig voorwerp en controleer of je alles eromheen scherp kunt zien. Als de kromming van het veld te groot is, zullen de randen vaag zijn. Een dergelijke verrekijker is niet aan te bevelen. Canon heeft de kromming van het veld sterk weten te verminderen dankzij een veldvervlakkende lens en een asferische lens. Met verrekijkers van Canon heb je aan alle kanten een prachtig beeld.
- Is het beeld vertekend?
Soms lijkt het of de loodrechte lijnen van de ramen of de bakstenen in een gebouw bij de rand van de lens zijn verdraaid. Dit wordt vertekening genoemd. Als de vertekening erg sterk is, lijkt het gehele object niet alleen vertekend, maar zal het lijken of het object zweeft als je de kijker beweegt zodat je erg moeilijk een duidelijk beeld krijgt. Canon werkt met uiterst precieze asferische lezen om vertekening tegen te gaan.
- Bewegingsonscherpte, een van de grootste problemen bij verrekijkers, behoort nu tot het verleden. De IS-serie werkt met een zeer geavanceerde Image Stabilizer.
Bijna iedereen die wel eens een kijker heeft gebruikt bij sportwedstrijden of concerten, weet dat het beeld zoveel beweegt dat je het gevoel krijgt dat je niets aan de verrekijker hebt. De grootste klacht van gebruikers is het bewegen van het beeld. Hoe sterker de vergroting, hoe groter de beeldvertekening is. In het algemeen geldt dat verrekijkers met een vergrotingsfactor van meer dan 10x niet gedurende lange tijd moeten worden gebruikt. In het verleden was een statief de beste oplossing. Statieven zijn echter in sommige gevallen onhandig en kunnen niet overal worden gebruikt. Zelfs als je eigenlijk een verrekijker met een vergrotingsfactor van meer dan 10x nodig hebt om vogels te kijken, is meer dan factor 7x of 8x niet wenselijk omdat je de kijker steeds mee moet nemen.
Canon is de eerste fabrikant ter wereld die in de IS-serie een actieve optische Image Stabilizer gebruikt. Omdat het optische systeem beweging compenseert en wordt aangestuurd door een microprocessor, behoort beeldvervorming door bewegingen van de handen tot het verleden. Het resultaat is dat ook bij een vergrotingsfactor van meer dan 10x geen statief nodig is. En je kunt de verrekijker nu zelfs gebruiken vanuit een rijdend platform.
- Groot beeldveld met overal een superieure beeldkwaliteit. Werkt met een dubbele veldvervlakker.
- Lichtgewicht en waterdicht: uitstekend geschikt voor gebruik buitenshuis.
Momenteel zijn er drie fabrikanten, waaronder Canon, die verrekijkers verkopen die zijn voorzien van een Image Stabilizer.
- Variangle prismatype
Twee sensoren detecteren respectievelijk horizontale en verticale bewegingen. De twee variangle-prisma's in de linker- en rechtertubus van de verrekijker worden aangestuurd door een microprocessor die de brekingshoek van het binnenkomende licht onmiddellijk bijstuurt. Dit systeem wordt toegepast in de IS-kijkers van Canon.
Voordelen: compact, licht; onmiddellijke reactie als de Image Stabilizer is ingeschakeld (het systeem wordt geactiveerd als je op de knop drukt); stabiel beeld zelfs bij pannen.
Nadeel: werkt op batterijen.
- Type optische lensshift
Dit lijkt op het variangle Prism-type. Echter, de optica voor de bewegingscorrectie bestaat uit gewone lenselementen en hun beweging vindt plaats binnen een zwevend systeem, net zoals bij de Image Stabilizer in de EF-lenzen van Canon.
Voordelen: betere helderheid en correctie van extremere bewegingen, zoals het wiegen van een boot of langzame ademhaling.
- Gyro-type
Een supersnelle motorgestuurde gyroscoop die aan een prisma is bevestigd. Hoe sterk de verrekijker ook heen en weer beweegt, het beeld blijft stabiel. Dit systeem wordt toegepast in de Stabiscope S1240 en S1640 van Fujinon.
Voordeel: in hoge mate bestand tegen hevig schudden of bewegen. Nadelen: één minuut vertraging tot de 12.000 rpm-motor is opgestart; zwaar; het systeem maakt geen onderscheid tussen bewegen en pannen, waardoor het beeld niet stabiel is bij pannen; werkt op batterijen.
- Mechanische type
Het prismasysteem is opgenomen in het cardanische ophangingsysteem, dat voorkomt dat de prisma's bewegen, hoe sterk de verrekijker ook heen en weer beweegt. Dit systeem wordt toegepast in de Zeiss 20x60S Professional.
Voordelen: geen batterijen nodig vanwege mechanisch systeem; onmiddellijke reactie als de Image Stabilizer is ingeschakeld (het systeem wordt geactiveerd als je op de knop drukt).
Nadelen: tamelijk zwaar; het systeem maakt geen onderscheid tussen bewegen en pannen, waardoor het beeld niet stabiel is bij pannen.