ID veelgestelde vraag: 8203542300
Release datum: 14 april 2017
Als u de machine wilt gebruiken in een netwerk, hebt u een uniek IP-adres nodig. Er zijn twee versies van IP-adressen beschikbaar: IPv4 en IPv6. Configureer het IP-adres afhankelijk van de netwerkomgeving. Als u IPv6-adressen wilt gebruiken, moet u de IPv4-adresinstellingen op de juiste manier configureren.
IPv4-adres instellen
1. Selecteer <Menu> in het scherm Start.
2. Selecteer <Voorkeuren> <Netwerk>.
3. Selecteer <TCP/IP-instellingen> <IPv4-instellingen>
<Instellingen IP-adres>.
4. Configureer de instellingen van het IP-adres.
<Automatisch verkrijgen>
Selecteer deze optie als u automatisch een IP-adres wilt toewijzen via een DHCP-protocol. Wanneer <Aan> wordt weergegeven, is automatische adressering ingeschakeld.
<Handmatig verkrijgen>
Selecteer deze optie om de instellingen van het IP-adres te configureren door handmatig een IP-adres in te voeren. U kunt deze optie alleen selecteren als handmatig verkrijgen is ingesteld op <Uit>.
<Controleer instellingen>
Selecteer deze optie om de huidige instellingen van het IP-adres weer te geven.
4-A. Automatisch een IP-adres toewijzen
4-A-1. Selecteer <Automatisch verkrijgen>.
4-A-2. Selecteer <Aan> in <Automatisch verkrijgen>, en selecteer <Selecteer protocol>.
4-A-3. Selecteer <DHCP>.
Als u niet met DHCP/BOOTP/RARP een IP-adres wilt toewijzen
4-A-4. Controleer of <Auto IP> is ingesteld op <Aan>.
4-A-5. Selecteer <Toepassen>.
4-B. Handmatig een IP-adres invoeren
4-B-1. Selecteer <Automatisch verkrijgen>, en selecteer <Uit> <Toepassen> in <Automatisch verkrijgen>.
4-B-2. Selecteer <Handmatig verkrijgen>.
4-B-3. Voer <IP-adres>, <Subnetmasker> , en <Gatewayadres> in, en selecteer <Toepassen>.
5. Start de machine opnieuw op.
De netwerkverbinding testen
1. Selecteer <Menu> in het scherm Start.
2. Selecteer <Voorkeuren> <Netwerk>.
3. Selecteer <TCP/IP-instellingen> <IPv4-instellingen>
<PING-opdracht>.
4. Voer het IPv4-adres in van een ander apparaat in het netwerk en selecteer <Toepassen>. Als een werkende verbinding tot stand is gebracht, verschijnt het scherm <Respons ontvangen van de host.>.
Type | Beschrijving |
Link-Local-adres | Een adres dat alleen geldig is binnen een subnet of koppeling en dat niet kan worden gebruikt voor communicatie met apparaten achter een router. Er wordt automatisch een link-local adres ingesteld op het moment dat de IPv6-functie van het apparaat wordt ingeschakeld. |
Handmatig adres | Een adres dat handmatig wordt ingevoerd. Als u dit type adres gebruikt, geeft u de lengte van het prefix (voorvoegsel) en het standaardrouteradres op. |
Stateless adres | Een adres dat automatisch wordt gegenereerd op basis van het MAC-adres van het apparaat en het netwerkprefix dat wordt gepubliceerd door de router. Stateless adressen worden gewist wanneer het apparaat opnieuw wordt opgestart (of wordt ingeschakeld). |
Stateful adres | Een adres dat via DHCPv6 wordt verkregen van een DHCP-server. |
1. Start de externe UI en meld u in de systeembeheerdersmodus aan.
2. Klik op [Instellingen/registratie] op de portaalpagina.
3. Selecteer [Netwerkinstellingen] [IPv6-instellingen].
4. Klik op [Bewerken].
5. Schakel het selectievakje [Gebruik IPv6] in en configureer de vereiste instellingen.
[Gebruik IPv6]
Schakel dit selectievakje in om IPv6 te activeren op het apparaat. Als u IPv6 niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit.
[Stateless adres 1]
Schakel dit selectievakje in als u een stateless adres gebruikt. Als u geen stateless adres gebruikt, schakelt u het selectievakje uit.
[Gebruik handmatig adres]
Wanneer u handmatig een IPv6-adres wilt invoeren, schakelt u dit selectievakje in en gebruikt u de daarvoor bestemde vakken om het IP-adres, de prefixlengte en het standaardrouteradres in te voeren.
[IP-adres]
Voer hier een IPv6-adres in. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen).
[Prefixlengte]
Voer een waarde in voor het aantal bits dat beschikbaar is voor het netwerkadres.
[Standaard routeradres]
Geef indien nodig het IPv6-adres van de standaardrouter op. U kunt geen adressen invoeren die beginnen met "ff" (multicast-adressen).
[Gebruik DHCPv6]
Schakel dit selectievakje in als u een stateful adres gebruikt. Als u DHCPv6 niet gebruikt, schakelt u het selectievakje uit.
6. Klik op [OK].
7. Start de machine opnieuw op.
IPv4-instellingen weergeven
<Statusmonitor> <Netwerkinformatie>
<IPv4>
Selecteer de te bekijken instelling
Controleer de instellingen
IPv6-instellingen weergeven
<Statusmonitor> <Netwerkinformatie>
<IPv6>
Selecteer de te bekijken instelling
Controleer de instellingen
Het MAC-adres weergeven voor Bedraad LAN
1. Selecteer <Menu> in het scherm Start.
2. Selecteer <Voorkeuren> <Netwerk>.
3. Selecteer <Instellingen Ethernet-stuurprogramma>. MAC-adres wordt weergegeven.
Het MAC-adres en informatie weergeven voor Draadloos LAN
1. Selecteer <Menu> in het scherm Start.
2. Selecteer <Voorkeuren> <Netwerk>.
3. Selecteer <Instellingen draadloos LAN>.
4. Lees het bericht dat wordt weergegeven en selecteer <OK>.
5. Selecteer <Verbindingsinfo>.
6. Selecteer de instelling die u wilt weergeven.
Beveiligingsinformatie bekijken