Volg onderstaande procedure wanneer u een inkttank moet vervangen.
IMPORTANT
Omgaan met inkt
- Plaats meteen een nieuwe inkttank terug zodra u er een verwijdert. Laat de printer nooit staan met een verwijderde inkttank.
- Gebruik een nieuwe inkttank ter vervanging. De spuitopeningen kunnen verstopt raken als u een gebruikte inkttank plaatst. Daarnaast kan de printerbij een dergelijke inkttank niet correct aangeven wanneer u de inkttank moet vervangen.
- Zodra u een inkttank hebt geplaatst, mag u deze niet uit de printer verwijderen of aan de lucht blootstellen. Hierdoor kan de inkttank uitdrogen en werkt de printer niet meer naar behoren als de inkttank opnieuw wordt geplaatst. Voor een optimale afdrukkwaliteit moet u de inkttank binnen zes maanden na het eerste gebruik opmaken.
REFERENCE
Mogelijk wordt toch kleureninkt verbruikt wanneer u een document in zwart-wit afdrukt of wanneer u hebt aangegeven een zwart-witafdruk te willen maken.
Beide soorten inkt worden ook verbruikt bij reiniging en diepte-reiniging van de printkop, wat nodig kan zijn om ervoor te zorgen dat de printer goed werkt. Wanneer een inkttank op is, moet u deze meteen vervangen door een nieuwe.
1. Zorg dat de printer is ingeschakeld en open de papieruitvoerlade voorzichtig.
2. Open de bovenklep.
De printkophouder schuift naar de vervangingspositie.

ATTENTION
Houd de printkophouder niet vast om deze te stoppen of te verplaatsen. Raak de printkophouder niet aan voordat deze helemaal stilstaat.
IMPORTANT- Leg geen voorwerpen op de bovenklep. Deze kunnen in de achterste lade vallen wanneer de bovenklep wordt geopend en ertoe leiden dat de printer niet meer naar behoren werkt.
- Raak geen metalen delen of andere delen binnen in de printer aan.
- Als de bovenklep langer dan 10 minuten heeft opengestaan, wordt de printkophouder naar de rechterzijde verplaatst. In dit geval moet u de bovenklep sluiten en weer openen.
- Open niet de binnenklep (A) bij het vervangen van de inkttank. Als de binnenklep (A) open is na het vervangen van de inkttank, moet u deze sluiten.
3. Verwijder de inkttank waarvan het lampje snel knippert.

Druk op het lipje (B) en til de inkttank op om deze te verwijderen.
Raak de printkopvergrendeling (C) niet aan.

IMPORTANT- Wees voorzichtig met de inkttank om vlekken op kleding en dergelijke te voorkomen.
- Houd bij het weggooien van lege inkttanks rekening met de plaatselijke regelgeving met betrekking tot afvalverwerking.
REFERENCE- Verwijder niet twee of meer inkttanks tegelijk. Vervang inkttanks één voor één als u twee of meer inkttanks vervangt.
- Raadpleeg [ De inktstatus controleren ]voor meer informatie over de knippersnelheid van de inktlampjes.
4. Bereid een nieuwe Inkttank voor.
(1) Haal de nieuwe inkttank uit de verpakking, verwijder de oranje tape (
) volledig en verwijder vervolgens de folie(
) volledig.


IMPORTANT- Ga voorzichtig met de inkttank om. Laat de inkttank niet vallen en oefen er geen overmatige druk op uit.
- Als er oranje tape achterblijft in het L-vormige luchtgat (D), kan er inkt spatten of drukt de printer mogelijk niet correct af.
(2) Houd de inkttank vast met het oranje beschermkapje (E) omhoog en zorg ervoor dat u het L-vormige luchtgat (D) niet blokkeert.

(3) Draai het oranje beschermkapje (E) langzaam 90 graden om het te verwijderen.


IMPORTANT- Druk de zijkanten van de inkttank niet in. Als u de zijkanten van de inkttank indrukt en het L-vormige luchtgat (D) wordt geblokkeerd, kan er inkt spatten.
- Raak de binnenkant van het oranje beschermkapje (E) of de geopende inktopening (F) niet aan. Als u deze aanraakt, kunt u inktvlekken op uw handen krijgen.
- Plaats het beschermkapje (E) niet terug nadat u dit hebt verwijderd. Houd bij het weggooien rekening met de lokale wet- en regelgeving met betrekking tot de afvalverwerking.
5. Plaats de nieuwe inkttank.

(1) Plaats de voorkant van de inkttank schuin in de printkop.
Controleer of de positie van de inkttank overeenkomt met die op het label.

(2) Druk op de aanduiding
(Drukken) op de inkttank totdat de inkttank stevig vast zit.
Controleer of het inktlampje rood gaat branden.

IMPORTANT- U kunt niet afdrukken als de inkttank onjuist is geplaatst. U moet de inkttank correct plaatsen, zoals is aangegeven op het label van de printkophouder.
- De printer kan pas worden gebruikt als alle inkttanks zijn geïnstalleerd. Zorg dat alle inkttanks zijn geïnstalleerd.
6. Sluit de bovenklep.
REFERENCE- Als het Alarm-lampje nog steeds oranje knippert nadat de bovenklep is gesloten, voert u de vereiste stappen uit.
-> [
Alarm-lampje knippert oranje ]
- De printer reinigt de printkop automatisch zodra u begint met afdrukken nadat u de inkttank hebt vervangen. Voer geen andere handelingen uit tot de printer klaar is met het reinigen van de printkop. Het AAN/UIT (POWER)-lampje knippert groen terwijl de reiniging wordt uitgevoerd.
- Als de printkop niet correct is uitgelijnd, wat u merkt doordat evenwijdige lijnen niet correct worden afgedrukt of doordat er vergelijkbare problemen optreden, past u de positie van de printkop aan.
-> [
De printkop uitlijnen ]
- De printer kan geluid maken tijdens het gebruik.